Verhalen: Interview met Floydian Theo in "Seventies" uit Maart 2013
“Ik werd gelijk door Echoes gepakt”
Theo Beckers is al ruim veertig jaar gek van Pink Floyd. Hij bezocht tal van concerten en in 2004 richtte hij zelfs de Nederlandse Pink Floyd-fanclub op. In zijn huis heeft hij een kamer die compleet gewijd is aan de band. Voor Seventies gaf hij een rondleiding door zijn ‘schatkamer.’
Theo Beckers is al ruim veertig jaar gek van Pink Floyd. Hij bezocht tal van concerten en in 2004 richtte hij zelfs de Nederlandse Pink Floyd-fanclub op. In zijn huis heeft hij een kamer die compleet gewijd is aan de band. Voor Seventies gaf hij een rondleiding door zijn ‘schatkamer.’
Zodra je de gang van het huis van Theo Beckers binnenloopt, word je geconfronteerd met Pink Floyd. Naast de deur hangt namelijk de trouwkaart van Theo en zijn vrouw Wilma, die verdacht veel weg heeft van de albumhoes van The Dark Side of the Moon. Bovendien staat er op de kaart ook een regel uit de songtekst van Echoes: And I am you, and what I see is me, and do I take you by the hand, and lead you through the land. “Echoes was in 1972 het eerste nummer van Pink Floyd dat ik hoorde en ik werd er gelijk door gepakt”, zegt Theo. “Het was bij een vriend op zijn kamer, want thuis werd er alleen naar de klassieke muziek op Hilversum 4 geluisterd.” Theo was op zoek naar muziek die hem raakte, die bij hem paste, en vond dat bij Pink Floyd. “Pink Floyd was voor die tijd heel vernieuwend en dat sprak me aan. Het waren niet van die standaardliedteksten zoals bij de Beatles in de beginjaren. Er zat een verdieping in.”
Wanneer je verder de gang inloopt kom je een schilderij van Syd Barrett tegen, een van de medeoprichters van Pink Floyd, gemaakt door Theo zelf. In de woonkamer vind je in de kast nog twee stapeltje met boeken over de band, maar het valt allemaal in het niet bij dat wat zich aan het einde van de gang bevindt: de Pink Floyd-kamer.
De grote muur van de kamer is zo beschilderd dat deze lijkt op de albumhoes van The Wall. The Wall zelf is weer voor een groot deel bezaaid met schilderijen, posters, uitgeknipte artikelen en concertkaartjes. Waaronder ook die van zijn eerste Pink Floyd-concert uit 1988 in de Kuip. Pas zestien jaar nadat hij betoverd raakte door de muziek. “Dat dat zo laat gebeurde, kwam doordat ik bij de marine ging. En ze hebben toen ook een hele tijd niet opgetreden in Nederland. Ik kan me het concert nog heel goed herinneren, want ik had nog nooit zoiets groots gezien. Ik zat helemaal boven in de Kuip naast een van de bedden, zoals die ook op de hoes van A Momentary Lapse of Reason (het was de tour van dat album, red.) staan. En opeens stort dat bed de diepte in om achter het podium als het ware te ontploffen.”
Het was een van de vele showelementen waar Theo van onder de indruk was. “Nu is het normaal, er zijn eigenlijk geen artiesten meer die zonder een grote lichtshow optreden. Maar toen was Pink Floyd de eerste die zo groot uitpakte. Richard Wright had bijvoorbeeld ook een apparaatje waarmee hij het geluid in delen van de zaal uit en aan kon zetten. De Azimuth Coördinator. Zo creëerde ‘ie eigenlijk een surround geluid.” Ondanks dat Theo er zelf nooit bij kon zijn in de vroege jaren van de band, weet hij dondersgoed hoe de optredens van toen in elkaar staken. Aan de hand van naar eigen zeggen zo’n vijfhonderd bootlegs – illegale amateuropnames van concerten – herbeleeft hij regelmatig de concerten van vroeger.
“Er zit wel verschil in de optredens, het is nu allemaal veel strakker geregeld dan vroeger. Als een nummer op het album nu vijf minuten duurt, dan is de uitvoering tijdens het concert nog geen zes minuten. Vroeger zat daar veel meer vrijheid in. Bijvoorbeeld bij het nummer Fat Old Sun. Dat nummer duurde dan op de plaat vijf minuten en 32 seconden, maar tijdens live-uitvoeringen soms wel een kwartier. Gelukkig spelen ze de solo in Confortably Numb nog altijd helemaal.”
Maar niet alleen op het podium ziet Theo de veranderingen, ook het publiek is veranderd. “Er zijn veel meer tieners dan vroeger die ook de muziek van Pink Floyd willen ontdekken. Ik denk dat zij net als ik vroeger op zoek zijn naar muziek die bij hen past. En de muziek van Pink Floyd is tijdloos, die wordt over honderd jaar nog steeds gedraaid. Als je kijkt naar The Dark Side of the Moon bijvoorbeeld, dat album vertelt een heel levensverhaal. Weliswaar dat van een oude rocker, maar de onderwerpen die er in terugkomen, zijn wel onderwerpen waar iedereen tegenaan kan lopen in zijn leven.”
In zijn Pink Floyd-kamer zijn er voor Theo twee dingen die eruit springen, waaronder een foto met Snowy White, die begin jaren tachtig een tijdje deel uitmaakte van Pink Floyd. “Die foto is gemaakt in 2008 toen hij solo optrad in Zoetermeer. De rest van de band heb ik helaas nooit ontmoet. Ik heb het nog wel geprobeerd bij het GelreDome toen Roger Waters daar optrad. Maar dat lukte niet. Die kwam toen aan per helikopter en vervolgens ging hij in één keer de auto in. Later in Zuid-Amerika had hij wel alle tijd had voor de fans en kon je hem rustig om een handtekening vragen. Dat vond ik toch wel jammer, zeker omdat Nederland toch een soort tweede thuisland voor is Pink Floyd geweest. In de beginjaren deden zij Nederland als eerste aan buiten het Verenigd Koninkrijk.”
Wellicht dat Waters meer de tijd neemt als hij in september weer in Nederland optreedt. Maar dan in de Amsterdam ArenA, een ‘zaal’ die niet bekend staat om haar goede geluid. “Maar als iemand het geluid goed kan krijgen in de ArenA dan is Pink Floyd het wel. Het zijn namelijk perfectionisten en zeker Waters, die is net een architect. Hij let op elke centimeter.” En niet alleen daarom bewondert Theo de basgitarist, die hij inmiddels al zo’n tien keer solo in actie heeft gezien. “Hij is vooral een geniale tekstschrijver. Als muzikant is hij minder, minder dan Gilmour bijvoorbeeld.”
Het andere waar Theo extra trots op is, zijn de nog in de originele verpakking zitten de figuren uit de animatiefilm Pink Floyd The Wall. Het zijn twee sets, die hij beide op de kop heeft getikt voor zo’n honderd euro. Een flink bedrag. “Maar er zit wel een limiet aan de gekte. De eerste single van Pink Floyd, Arnold Layne, kost nu zeshonderd tot duizend euro. Die heb ik dan ook niet. Wel de heruitgave van zestien euro uit 1971. Maar het houdt een keer op.”
Dat wil zeggen in financieel opzicht. Want Theo en Wilma hebben hun komende vakantie afgestemd op Pink Floyd. “We gaan dan naar Pompeii. Daar heeft Pink Floyd vroeger in 1972 in het amfitheater zonder publiek opgetreden. Dat is een van die plekken die ik gewoon eens moet gezien hebben. Zo ben ik ook naar Londen gegaan voor de fabriek Battersea, die op de hoes van Animals staat.”
Hoewel de Pink Floyd-kamer bomvol staat met spullen, is Theo toch nog lang niet klaar met de kamer. Het plafond is namelijk nog wit. “Dat wil ik gaan verven en dan ingelijste posters ophangen.” En als het plafond volgeschilderd is en hangt zal Theo ongetwijfeld weer iets nieuws vinden om in de kamer te doen. Zijn liefde voor Pink Floyd zal in ieder geval nooit stoppen. “Pink Floyd is mijn leven.”
“Soms denk ik wel eens: ‘Dat is net Gilmour’”
Pink Floyd was een band die volop met haar muziek experimenteerde en met haar muziek ook wat nieuws toevoegde. De band gold dan ook als een inspiratiebron voor vele artiesten die later pas begonnen en nog steeds zijn er bands die de stijl van Pink Floyd gebruiken bij hun eigen muziek. Toch vindt Theo Beckers het moeilijk om zomaar een paar voorbeelden te noemen. Na even denken komt hij dan toch met twee voorbeelden. “De bands Dream Theatre en Mostly Autumn. En dan niet op het gebied van tekst, maar vooral de muziek zelf. Als ik dan mijn ogen dichtdoe en luister, dan denk ik soms wel eens: ‘Dat is net het gitaarspel van David Gilmour.’” Verder heeft Pink Floyd talloze tributebands. Alleen in Nederland al een stuk of twaalf, waarvan the Pink Project de bekendste is. “Maar wat de tributebands betreft zijn we in Nederland sowieso goed bedeeld.”
Interview: Kasper Hermans (Seventies)
Foto's: Floydian Theo
copyright Pink Floyd Fans Nederland
Wanneer je verder de gang inloopt kom je een schilderij van Syd Barrett tegen, een van de medeoprichters van Pink Floyd, gemaakt door Theo zelf. In de woonkamer vind je in de kast nog twee stapeltje met boeken over de band, maar het valt allemaal in het niet bij dat wat zich aan het einde van de gang bevindt: de Pink Floyd-kamer.
De grote muur van de kamer is zo beschilderd dat deze lijkt op de albumhoes van The Wall. The Wall zelf is weer voor een groot deel bezaaid met schilderijen, posters, uitgeknipte artikelen en concertkaartjes. Waaronder ook die van zijn eerste Pink Floyd-concert uit 1988 in de Kuip. Pas zestien jaar nadat hij betoverd raakte door de muziek. “Dat dat zo laat gebeurde, kwam doordat ik bij de marine ging. En ze hebben toen ook een hele tijd niet opgetreden in Nederland. Ik kan me het concert nog heel goed herinneren, want ik had nog nooit zoiets groots gezien. Ik zat helemaal boven in de Kuip naast een van de bedden, zoals die ook op de hoes van A Momentary Lapse of Reason (het was de tour van dat album, red.) staan. En opeens stort dat bed de diepte in om achter het podium als het ware te ontploffen.”
Het was een van de vele showelementen waar Theo van onder de indruk was. “Nu is het normaal, er zijn eigenlijk geen artiesten meer die zonder een grote lichtshow optreden. Maar toen was Pink Floyd de eerste die zo groot uitpakte. Richard Wright had bijvoorbeeld ook een apparaatje waarmee hij het geluid in delen van de zaal uit en aan kon zetten. De Azimuth Coördinator. Zo creëerde ‘ie eigenlijk een surround geluid.” Ondanks dat Theo er zelf nooit bij kon zijn in de vroege jaren van de band, weet hij dondersgoed hoe de optredens van toen in elkaar staken. Aan de hand van naar eigen zeggen zo’n vijfhonderd bootlegs – illegale amateuropnames van concerten – herbeleeft hij regelmatig de concerten van vroeger.
“Er zit wel verschil in de optredens, het is nu allemaal veel strakker geregeld dan vroeger. Als een nummer op het album nu vijf minuten duurt, dan is de uitvoering tijdens het concert nog geen zes minuten. Vroeger zat daar veel meer vrijheid in. Bijvoorbeeld bij het nummer Fat Old Sun. Dat nummer duurde dan op de plaat vijf minuten en 32 seconden, maar tijdens live-uitvoeringen soms wel een kwartier. Gelukkig spelen ze de solo in Confortably Numb nog altijd helemaal.”
Maar niet alleen op het podium ziet Theo de veranderingen, ook het publiek is veranderd. “Er zijn veel meer tieners dan vroeger die ook de muziek van Pink Floyd willen ontdekken. Ik denk dat zij net als ik vroeger op zoek zijn naar muziek die bij hen past. En de muziek van Pink Floyd is tijdloos, die wordt over honderd jaar nog steeds gedraaid. Als je kijkt naar The Dark Side of the Moon bijvoorbeeld, dat album vertelt een heel levensverhaal. Weliswaar dat van een oude rocker, maar de onderwerpen die er in terugkomen, zijn wel onderwerpen waar iedereen tegenaan kan lopen in zijn leven.”
In zijn Pink Floyd-kamer zijn er voor Theo twee dingen die eruit springen, waaronder een foto met Snowy White, die begin jaren tachtig een tijdje deel uitmaakte van Pink Floyd. “Die foto is gemaakt in 2008 toen hij solo optrad in Zoetermeer. De rest van de band heb ik helaas nooit ontmoet. Ik heb het nog wel geprobeerd bij het GelreDome toen Roger Waters daar optrad. Maar dat lukte niet. Die kwam toen aan per helikopter en vervolgens ging hij in één keer de auto in. Later in Zuid-Amerika had hij wel alle tijd had voor de fans en kon je hem rustig om een handtekening vragen. Dat vond ik toch wel jammer, zeker omdat Nederland toch een soort tweede thuisland voor is Pink Floyd geweest. In de beginjaren deden zij Nederland als eerste aan buiten het Verenigd Koninkrijk.”
Wellicht dat Waters meer de tijd neemt als hij in september weer in Nederland optreedt. Maar dan in de Amsterdam ArenA, een ‘zaal’ die niet bekend staat om haar goede geluid. “Maar als iemand het geluid goed kan krijgen in de ArenA dan is Pink Floyd het wel. Het zijn namelijk perfectionisten en zeker Waters, die is net een architect. Hij let op elke centimeter.” En niet alleen daarom bewondert Theo de basgitarist, die hij inmiddels al zo’n tien keer solo in actie heeft gezien. “Hij is vooral een geniale tekstschrijver. Als muzikant is hij minder, minder dan Gilmour bijvoorbeeld.”
Het andere waar Theo extra trots op is, zijn de nog in de originele verpakking zitten de figuren uit de animatiefilm Pink Floyd The Wall. Het zijn twee sets, die hij beide op de kop heeft getikt voor zo’n honderd euro. Een flink bedrag. “Maar er zit wel een limiet aan de gekte. De eerste single van Pink Floyd, Arnold Layne, kost nu zeshonderd tot duizend euro. Die heb ik dan ook niet. Wel de heruitgave van zestien euro uit 1971. Maar het houdt een keer op.”
Dat wil zeggen in financieel opzicht. Want Theo en Wilma hebben hun komende vakantie afgestemd op Pink Floyd. “We gaan dan naar Pompeii. Daar heeft Pink Floyd vroeger in 1972 in het amfitheater zonder publiek opgetreden. Dat is een van die plekken die ik gewoon eens moet gezien hebben. Zo ben ik ook naar Londen gegaan voor de fabriek Battersea, die op de hoes van Animals staat.”
Hoewel de Pink Floyd-kamer bomvol staat met spullen, is Theo toch nog lang niet klaar met de kamer. Het plafond is namelijk nog wit. “Dat wil ik gaan verven en dan ingelijste posters ophangen.” En als het plafond volgeschilderd is en hangt zal Theo ongetwijfeld weer iets nieuws vinden om in de kamer te doen. Zijn liefde voor Pink Floyd zal in ieder geval nooit stoppen. “Pink Floyd is mijn leven.”
“Soms denk ik wel eens: ‘Dat is net Gilmour’”
Pink Floyd was een band die volop met haar muziek experimenteerde en met haar muziek ook wat nieuws toevoegde. De band gold dan ook als een inspiratiebron voor vele artiesten die later pas begonnen en nog steeds zijn er bands die de stijl van Pink Floyd gebruiken bij hun eigen muziek. Toch vindt Theo Beckers het moeilijk om zomaar een paar voorbeelden te noemen. Na even denken komt hij dan toch met twee voorbeelden. “De bands Dream Theatre en Mostly Autumn. En dan niet op het gebied van tekst, maar vooral de muziek zelf. Als ik dan mijn ogen dichtdoe en luister, dan denk ik soms wel eens: ‘Dat is net het gitaarspel van David Gilmour.’” Verder heeft Pink Floyd talloze tributebands. Alleen in Nederland al een stuk of twaalf, waarvan the Pink Project de bekendste is. “Maar wat de tributebands betreft zijn we in Nederland sowieso goed bedeeld.”
Interview: Kasper Hermans (Seventies)
Foto's: Floydian Theo
copyright Pink Floyd Fans Nederland